Eigenlijk is het heel gek om te zeggen dat je een lastige lezer bent. Dat je niet zo veel leuk vindt om te lezen. Vooral als je alles wat je gelezen moet hebben, niet wilt lezen. Maar vaak wel moet. Omdat je op school moet lezen, tijdens je studie of voor je werk.
Dan te bedenken dat ik opgegroeid ben tussen de boeken. Mijn ouders handelden in boeken en hadden zelfs een zaak aan huis. Bijna overal stonden boeken, behalve in de woonkamer. Alleen boeken die je nodig had, zoals bijvoorbeeld een kookboek, mochten er van mijn moeder staan. Niet zo gek dat ik graag kookboeken las, en nog steeds.
Hoe vaak dacht ik niet als ze maar niet aan mij vragen wat ik van een boek vind. Vooral toen ik net in een boekwinkel werkte, dan vroegen klanten steeds wat ik er van vond, en dan stamelde ik. Er was namelijk niet altijd wat.
Zo kwam er een klant die altijd alles kocht, wat ik aangeraden had. Zij vroeg om Zuid-Amerikaanse romans en dan niet wat zij gelezen had – uiteraard – of nooit wilde gaan lezen. Ik moet iets gepakt hebben wat haar kon bekoren, want zij kwam daarna elke week. Heel blij was ik daar niet mee. En op een dag zei ik zelfs hardop: sorry, deze week weet ik even niks. Dat kan je natuurlijk niet steeds zeggen, dus verzon ik gewoon een aardige titel waarvan ik trek kreeg.
Het zal u wellicht niet verbazen dat het een soort kookboek was: “Rode Rozen en Tortillas” van Laura Esquivel. In deze Mexicaanse roman zijn emoties en eten zo verweven dat je de gevoelens van de hoofdpersonen al lezend proeft.